4.2. Gesprekken

Bij een gesprek gaat het om het overbrengen van een boodschap. Er zijn twee partijen: de spreker en de luisteraar, die mét elkaar spreken (en niet tégen elkaar). Het correct uitspreken van een boodschap is een kunst. Worden de juiste woorden gekozen die de bedoelde boodschap ook precies weergeven? Kan de boodschapontvanger daardoor weten wat de boodschap-zender eigenlijk bedoelt? Het luisteren naar de gebrachte boodschap is net zo goed een kunst. Hoe vertaalt de ontvanger de gesproken woorden naar de bedoelde zaken. Soms is hierbij enig invoelingsvermogen of enige interpretatie noodzakelijk. Echt luisteren veronderstelt ook belangstelling voor de (persoon van de) uitgesproken boodschap. Een valkuil is dat we vanuit verkeerde interpretatie iets ménen te horen. Ook het half luisteren kan veel ongewenste processen op gang brengen. Het gesprek kan een machtig middel zijn om uit te wisselen, te enthousiasmeren, inzicht te geven etc. Onderscheid kan gemaakt worden tussen een gesprek als spontaan of toevallig contact en het gesprek als bewust, planmatig en doelmatig ingezet middel. Beide kunnen leiden tot een (betere) vertrouwensrelatie, het bieden van sociale ondersteuning, het analyseren en aanpakken van problemen. Kortom: een waardevolle bouwsteen binnen het pedagogisch klimaat.