1.2.3. Tijdsduur

Als derde criterium noemen we de tijdsduur van de instructie. Als hoofdregel kan gesteld worden: zo kort mogelijk. In het onderwijs gelden vuistregels bij de tijdsduur. Een verhaal van 20 minuten, een instructie van hooguit 15 minuten. Hierbij speelt overigens de leeftijd wel een rol. Ook is de spanningsboog bij een zwakkere leerling kleiner, wat vooral bij verlengde instructie parten kan spelen. In zijn algemeenheid is dit waar. Maar daarnaast vereist de effectiviteit een antwoord op de vraag of álle leerlingen deze instructie wel nodig hebben. Kan wellicht een deelinstructie voldoen, of een ‘afvalinstructie’? En wordt bij de verlengde instructie niet tegemoet gekomen aan de individuele instructiebehoefte van de leerling?